Kokkels zoeken en bereiden

 

Het zoeken van kokkels is iets wat echt bij Terschelling hoort. Dit recept heb ik gekregen van Esther en Martijs Knop, de eigenaren van ” ’t Oosterom “. Dit is de kookwinkel te Midsland. Martijs is een de eilander in hart en nieren.

 

Dit eet je niet, dit beleef je:

* Eerst ga je ze op het groene strand zoeken. Met blote voeten, of met je laarzen aan. Het maakt niet uit. Weer of geen weer, kokkels kunnen altijd.

Voor de waterkant, een meter of 50 van de dam daar vind je ze; net onder het zand liggen ze voor het oprapen.

* Vervolgens laat je ze het zand “spugen”. Doe ze in een emmer met schoon water en dek deze af (in het donker gaan de schelpen nl. open). Laat dit een tijd staan. Je kan ze ook in een netje stoppen (uiennetje) en dan in de haven, aan de steiger hangen. Voor de ja/utters onder ons, je kan de eerste stap ook overslaan en beginnen met even onder de steiger te kijken 😉

 

Thuis:

* Naar smaak één of twee teentjes knoflook en twee sjalotjes klein snijden.

* Knip een plukje (een takje of 6) peterselie klein.

* Doe een beetje olijfolie in een koekenpan.

* Laat dit goed heet worden.

* Fruit hier de ui en knoflook in.

* Doe de kokkels erbij (zoveel dat de gehele bodem bedekt is).

* Kruiden met peper en zout .

* Peterselie erbij.

* Als je een flesje open hebt: scheutje witte wijn.

En wil je wat meer pit, doe er dan een schepje sambal of een scheutje chilisaus bij.

* Goed roeren. Als alle schelpen open zijn, (dat duurt niet zo lang) dan is het gerecht klaar.

 

Serveer het met een lekker vers stokbroodje en eventueel wat knoflooksaus.

Eet smakelijk en pas op je vingers.